Menu
Wandelblog

Stationsstapper Schellebelle-Schoonaarde

Tot een paar jaar geleden geraakte ik niet zonder kerosine in een natuuromgeving die mijn zintuigen prikkelde. Van tegenwoordig lukt dat zelfs zonder benzine. Vorige week nam ik de trein naar Schellebelle om van daaruit naar Schoonaarde te wandelen. Slechts een paar kilometer in vogelvlucht, maar ik volgde zo’n 33 knooppunten over een afstand van 22 km. Het werd een feestje voor mijn zintuigen! In deze post neem ik je mee van ’t Veer in Schellebelle, langs de Kalkense Meersen, het Donkmeer en Nieuwdonk, Berlarebroek, ’t Riekend Rustpunt, de Paardeweide en Paardebroek, helemaal tot aan het station van Schoonaarde. Onderaan vind je alle praktische info over de route.

’t Veer

Schellebelle, ooit ‘Scheldebelle’, is een deelgemeente van het Oost-Vlaamse Wichelen aan de oevers van de Schelde. Een mooi dorp, maar toch verwijst het suffix ‘belle’ hier naar iets anders. Het woord is afkomstig van het Latijnse ba(cu)liolum dat ‘omheining van stokken’ betekent. Schellebelle werd voor het eerst vermeld in de 12de eeuw als ‘Bella’, maar archeologische vondsten tonen aan dat er reeds een woonkern was zo’n 1000 jaar vóór onze tijdrekening. Een omheinde Gallo-Romeinse nederzetting aan de Schelde dus.

De gunstige ligging aan de Schelde zorgde voor een vroege bewoning in Schellebelle. De waterloop bracht echter ook uitdagingen met zich mee, wat resulteerde in een complexe geschiedenis van bruggen en veerdiensten. De bruggen zijn verdwenen, maar de huidige oversteek die het dorp met de Kalkense Meersen verbindt, bestond al in de 13de eeuw. Uniek in Vlaanderen is dat je nog steeds op belsignaal wordt overgezet met de veerboot, die uiteraard zelf in de loop der jaren gemoderniseerd werd.

De stationsstapper Schellebelle-Schoonaarde start uiteraard aan het station, maar de wandeling begint pas écht in het dorp van Schellebelle vanwaar je het (gratis) voetveer neemt. Hierbij dien je rekening te houden met de openingsuren. Zo kon ik niet starten voor 7 uur ’s morgens. Aan de overkant van de Schelde duik je meteen de Kalkense Meersen in. De route is voor zo’n 45 % verhard, maar in de praktijk lijkt dat toch minder.

Kalkense Meersen

De Kalkense Meersen bevinden zich vlak bij mijn eigen woonplaats en daar ben ik best wel fier op. Het natuurgebied is gelegen tussen de dorpskernen van Wetteren, Kalken, Schellebelle, Uitbergen en Overmere. Men spreekt over de ‘Kalkense Meersen’, maar eigenlijk is het laaggelegen gebied in de voormalige overstromingsvlakte van de Schelde een cluster van meersen die je kan betreden vanuit de verschillende omliggende gemeentes.

Mij vind je heel vaak terug in de Kastermeersen omdat die het dichtst bij mijn woonplaats zijn, maar daarnaast heb je ook nog Springels, Belham, Broekmeers, Molenmeers, Wijmeers en Scherenmeersen. Elk deelgebied heeft zo zijn eigen kenmerken, van drassige graslanden omzoomd door karakteristieke knotwilgenrijen en ingesneden door grachten, hier en daar een broekbos, tot uitgestrekte getijdennatuur. Wandelen doe je er op paden om de kwetsbare (en op Europees niveau beschermde) natuur niet te verstoren. De Meersen maken deel uit van het project ‘Rivierpark Scheldevallei’ dat in de running is om erkend te worden als Nationaal Park in Vlaanderen. Het is veelzeggend dat, om hiervoor in aanmerking te komen, de klemtoon ligt op natuur, biodiversiteit, de unieke belevingswaarde en de erfgoedwaarde.

Toerisme Oost-Vlaanderen tekende maar liefst 165 km aan groene wandelpaden uit (wandelnetwerk Kalkense Meersen-Donkmeer) en Natuurpunt biedt verschillende wandelroutes aan in de Kalkense Meersen. De stationsstapper Schellebelle-Schoonaarde is een ideale wandeling om het wandelnetwerk te verkennen. Op deze ‘meersenroute XL’ maak je o.a. kennis met Belham dat doorkruist wordt door de Bellebeek en de Oude Schelde, één van de mooiste plekjes van de Meersen.

Donkmeer en Nieuwdonk

Generaties lang stond het Donkmeer bekend om z’n paling. Door het zuivere water was de plas de ideale verblijfplaats voor deze vissen die van over de hele wereld werden ingevoerd. Palinghandelaars stockeerden hun wildvangst in het meer en daar maakten lokale restaurants gretig gebruik van. Zonder de arbeid van naarstige turfstekers uit vervlogen tijden was het Donkmeer er echter nooit geweest. 

Na de laatste ijstijd, zo’n 10.000 jaar geleden, werd in Berlare een meander van de Schelde afgesneden omwille van de overgang naar een milder klimaat. Dit zorgde voor ideale omstandigheden voor veenvorming, een verlandingsproces dat duizenden jaren in beslag nam vooraleer de meander volledig opgevuld was met erosiemateriaal.

De dikke laag veen bleef zo goed als onaangeroerd tot de tweede helft van de 17de eeuw. Pas daarna begon men hier turf te steken. In het kader van deze turfwinning werd het oostelijke gedeelte van de oude Scheldemeander opnieuw uitgegraven. Nadat de turf werd ontgonnen voor brandstof, liepen de putten geleidelijk onder water. Daardoor evolueerde het gebied tot een groot wateroppervlak dat pas in het begin van de vorige eeuw definitief werd drooggelegd, met uitzondering van het Overmeers Broek (zoals het Donkmeer vroeger heette) dat nooit volledig werd leeggepompt.

Aan de rand van het Donkmeer bevindt zich vandaag Nieuwdonk, een provinciaal recreatiedomein met tal van ontspanningsmogelijkheden voor het hele gezin. Het toerisme in ‘Overmere Donk’ kwam echter al op het einde van de 19de eeuw op gang. De Donk werd een bekend recreatieoord, cafés en (paling)restaurants rezen uit de grond en er kwamen ook verschillende kampeerterreinen. De focus ligt op recreatie en ontspanning, uiteraard met respect voor de natuur. 

Het is fijn wandelen op de paden rond het Donkmeer en Nieuwdonk, tenminste als het er niet te druk is. Ook voor vogelspotters is het een place to be. Recent werd de Eendenkooisite vernieuwd en uitgebreid met rietschermen, een wilgentunnel, een kijkhut en een pad door het natte gedeelte van het bos waar een reigerkolonie huist. 

Berlarebroek

Na de drooglegging van het wateroppervlak werd de vrijgekomen grond eerst bebost met wilgen voor de mandenvlechterij. Later werden meer dan 13.000 populieren van meer dan vijftig verschillende variëteiten (!) aangeplant voor de fabricage van lucifers. In het kader van het huidige bosbeheer worden deze populieren geleidelijk aan vervangen door meer inheemse boom- en struiksoorten. 

In 1979 kocht het Agentschap voor Natuur en Bos hier ruim 126 ha grond aan. Het bosreservaat vormt een lange strook van 6 km en bestaat uit 2 delen, die gescheiden zijn door particuliere eigendommen. Het grootste deel bestaat uit bos met daartussen moerassige gedeelten en een 50-tal vijvers. De grootste is de Turfput (zie Turfput wandelroute), een vijver van 24 ha. Berlarebroek is bijzonder gevarieerd: van natte broekbossen, moerassen met watervogels, drijftillen met veenmos tot vijvers met pluimzegge, onverharde paden die na natte periodes erg drassig kunnen zijn en in de zomer soms de allures van een junglesafari hebben.

Paardeweide en Paardebroek

’t Riekend Rustpunt is het kleinste museum van Vlaanderen en gaat over de drukke mesthandel tussen de steden en de boerenbuiten van de 17de tot ergens in de jaren ’30 van de vorige eeuw. De dichtbevolkte steden produceerden namelijk veel mest en de boeren konden die goed gebruiken voor de bemesting van de landbouwgrond. Op deze plek, gekend als ‘de loskaai’, haalden de boeren vroeger de mest op die met boten uit de steden werd aangevoerd. Een geurtje hangt hier gelukkig al lang niet meer. De oude stapelplaats is nu een leuk museumpje, ideaal om even uit te rusten na zoveel kilometers in de benen.

Wat verderop, van op de dijk, kan je dan weer de Paardeweide bewonderen, een stuk vochtig grasland in ware wetland-stijl en één van de gecontroleerde overstromingsgebieden van het Sigmaplan. Vogelliefhebbers wezen gewaarschuwd: men noemt het hier ook wel ‘het Zwin van Berlare’. Ter hoogte van het aanpalende Paardebroek leiden de knooppunten je opnieuw een moerasbosje in met zowat dezelfde kenmerken als Berlarebroek: onverharde paadjes tussen broekbosjes en (vaak particuliere) vijvertjes. En als kers op de taart: wat duinenreliëf. Groot is het hier niet, maar het is een heel fijne plek.

Het allerlaatste stukje van de wandeling leg je af langs het jaagpad tot je aan de brug in Schoonaarde komt. De naam Schoonaarde betekent ‘schone aard’ en is een verwijzing naar een mooie of gunstige aanlegplaats voor schepen, net zoals de Aard in Schellebelle dat ooit was.

Favoriet in eigen streek

Deze stationsstapper bewijst dat je het geluk niet altijd te ver moet zoeken. Ik geef toe, op voorhand had ik niet verwacht dat deze wandeling — op een paar kilometer van mijn woonplaats N.B. — zomaar één van mijn favorieten zou worden. Nieuwe plekjes ontdekte ik niet, maar het herontdekken was minstens even leuk! Dat het een échte zomerdag was, zal uiteraard mijn beleving wel wat beïnvloed hebben, maar ik ben er zeker van dat deze route ook in andere seizoenen kan bekoren. De stationsstapper Schellebelle-Schoonaarde, een favoriet in eigen streek, wie had dat gedacht!

Opmerking: Het eerste wandelknooppunt vind je pas aan het veer in Schellebelle, dit op ongeveer anderhalve kilometer van het station. Het laatste door Routen voorgestelde KP (56) negeerde ik. In de plaats daarvan ging ik achter de herberg ’t Oud Brughuys meteen de trap naar de brug op. Eenmaal aan de andere kant van de Schelde was het nog maar een kort stukje tot aan het station.

Praktisch

  • Station Schellebelle, Stationsstraat, 9260 Schellebelle (Wichelen)
  • 22,3 km
  • ± 4 uur 30 min.
  • 34 hoogtemeters
  • 45 % verhard
  • Wandelknooppunten, GPX of volgen op kaart
  • Indien je met de auto komt, kan je parkeren op het Dorpsplein
  • Het eerste knooppuntenbord (KP 1) vind je aan het veer. Het bord na het Riekend Rustpunt (komende van KP 16 richting KP 18) lag in de berm toen ik er was. Sla hier linksaf zodat je op de dijk wandelt (ga niet rechtdoor: dan kom je op het jaagpad uit).

Ik kwam op mijn route geen obstakels tegen. Blijf echter steeds alert. Ik kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor onvolledige en/of niet accurate routebeschrijvingen. Ik kan in geen geval aansprakelijk gesteld worden voor enig direct of indirect verlies of schade voortkomend of verbonden met het gebruik van deze website. Vind je mijn foto’s mooi? Fijn! Wil je foto’s van mijn blog gebruiken? Vraag dan eerst om toestemming!

Bronnen: HKSchellebelle, Inventaris Onroerend Erfgoed, Agentschap Natuur en Bos, Routen